Prinses Pipi en de Alvleesman (01)
Koningin Kaka zat op haar troon en at een stuk taart. Haar man, Koning Koperkop, was op zakenreis en ze verveelde zich stierlijk. Het was al het derde stuk taart dat ze naar binnen werkte. Het was hele zware – maar ongesuikerde – chocoladetaart en ze kon er geen genoeg van krijgen. Ze verzuchtte de verveling en de afwezigheid van haar man en kauwde, onderwijl mistroostig de troonzaal in starend. Met een laatste grote hap verdween het hele stuk taart in de diepte van haar ingewanden. Een luide en langdradige zucht volgde.