• Wannes Daemen

Niet mijn premier

Beste Jan Jambon, 

Het is mis­schien wat vroeg, maar ik zou me graag alvast willen inschrijven voor het nieuwe inbur­ge­ringstraject waarover ge het hebt in uw kakel­verse inte­gra­tienota. Ik krijg namelijk steeds vaker het gevoel dat ik hier niet thuishoor en ik zou daarvan graag een offi­ciële beves­tiging zien. En omdat gij – als minister-president in spe – pre­ten­deert de waarheid in pacht te hebben, richt ik mij middels dit schrijven tot u. 

Om de lucht tussen ons op te klaren, geef ik u alvast twee redenen om te con­clu­deren dat ik hier inderdaad niet thuishoor. Ten eerste. Die obses­sieve fetisj met migratie slaat helemaal nergens op. Er zijn veel grotere pro­blemen om nota’s van te bakken. Ten tweede. Als gij bin­nenkort inderdaad minister-president wordt, dan laat ik stickers drukken met de tekst Niet Mijn Premier, en als gij dan langskomt om mij op plechtige wijze en met Echt Vlaemsch Trom­pet­ge­schal het aller­eerste inschrij­vings­for­mulier voor het nieuwe inbur­ge­ringstraject te over­han­digen, dan plak ik stiekem zo’n sticker op uw rug. En op uw ach­ter­hoofd. En op uw kont. En op uw schoen­zolen, uw bumper en uw aktentas. En als ik er nog over heb, plak ik ze op uw kielzog. Overal. Niet. Mijn. Premier. 

Ik zal dan uw van de pot gerukte traject volgen en ik zal examen doen. Uit dat examen zal – punt 1 – blijken dat mijn kennis van het Neder­lands te wensen overlaat. Ik gebruik namelijk fokking veel angli­cismen, ik kick op schut­tingtaal, en ik spreek zelden met twee woorden, Jambon. Ook voor – punt 2 – het onderdeel bur­ger­schap zal ik waar­schijnlijk niet slagen. Mijn kennis over de Vlaamse canon zal ontoe­reikend zijn. Dat weet ik nu al, terwijl gij nog helemaal niet dui­delijk hebt gemaakt hoe zo’n canon er in gods­ko­lerenaam zou moeten uitzien. Alleen al omdat ik het zo’n inter­ga­lac­tisch debiel idee vind, zal ik er met veel plezier voor zakken, onderwijl een liedje van Umm Kulthum neu­riënd. Ik zal er zo keihard en over­tuigend voor zakken dat Hendrik Con­science zich omdraait in zijn graf. Tot slot – punt 3 – zal ik wei­geren om aan het eind van het examen de door u voor­ge­stelde Vlaamse par­ti­ci­pa­tie­ver­klaring te onder­te­kenen. Ik erken namelijk langs geen kanten de basis van de op angst en leugens geba­seerde samen­leving die gij met uw partij pro­pa­geert. Ik erken dat niet en ik res­pecteer dat niet. In plaats van mijn hand­te­kening zal ik een sticker op die ver­klaring van u plakken. Niet zo schaap­achtig kijken, Jambon, ge weet welke sticker. 

Als ik dan dat hele traject door­lopen heb, dan moet ge nog es langs­komen, Jean. Ik zal koffie maken en een bordje Baklava klaar­zetten, en gij zult mij komen ver­tellen dat ik gebuisd ben. Ge zult mij ver­tellen dat ik hier niet thuishoor en ge zult mij het land uit­zetten. En ik zal blij zijn omdat dan ein­delijk alles op zijn plaats valt. 

Gij zijt mijn premier niet en ik ben niet uw domme burgertrutje. 

Groeten,

Wannes

Update 24/08/2019: Wijs­neuzen wijzen mij op het feit dat de Vlae­msche opper­be­vel­hebber niet premier, maar wel minister-president genoemd wordt. Zucht. Wat mij betreft toont dat nog maar eens aan hoe slecht ik inge­burgerd ben en dat ik echt heel dringend uit­gezet dien te worden.

2 reacties

  1. mie schreef:

    count me in

  2. Jean Van Haudenhuyse schreef:

    Prachtig. Gelukkig had ik vlug door dat de tekst niet voor mij bedoeld was. Ik neem je tekst, met jouw goed­keuring uiteraard, over en plak ze ook op het gezicht van mijn naamgenoot.
    Groetjes…

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *