Afgelopen weekend maakte ik nieuwe vrienden. Dat deed ik samen met mijn lief in het Silsombos bij Erps-Kwerps en Nederokkerzeel. Onze nieuwe vrienden heten bosanemoon en slanke sleutelbloem. Het zijn enigszins rare vrienden want ze zeggen nooit goeiedag, maar mijn god wat kunnen ze een zompige wilde voorjaarsweide van feestelijke kleuren voorzien.
Er groeien daar nog veel meer zotte planten en bloemen in dat Silsombos, maar onze niet aflatende queeste om professionele natuurvriend te worden is een werk van lange adem. En ik hoef niet jan en alleman tegelijkertijd te leren kennen. Aldus beperkte ik mij tot sleutelbloem en anemoon, respectievelijk slank en in het bos.Ook zagen we verschillende roofvogels door het luchtruim klieven, en omdat het herkennen van vliegende silhouetten bijzonder lastig is, waren het voorlopig allemaal buizerds. Er cirkelden er twee dreigend boven een weide, maar ergens anders werd er eentje weggejaagd door twee assertieve kraaien. Stiekem hopen we bij elke kraai een ietwat ronde staart te zien, want dan is het een raaf of een roek. Maar er wonen in onze contreien ontiegelijk veel meer kraaien dan andere zwarte vogels, dus het is nog even wachten op die afgeronde staart. De natuur heeft veel moois in petto, maar zelden een roek op afroep.
Verder zagen we oranje kwelwater en een broekbos dat aan de Everglades deed denken, al zijn we beiden nog nooit in de Everglades geweest. We zagen een tweestammige boom die na een ruzie uit elkaar was gegroeid maar na verloop van tijd elkaar toch weer had gevonden. We vroegen ons af hoe ge in godsnaam een Sitkaspar – die uitheemse klootzak – kunt herkennen, en we aten boterhammen aan de waterkant. En ik zag voor het eerst een tjiftjaf, terwijl ik hem al jaren hoor. Voor alles is een eerste keer.Er waren twee dingen stom. Het eerste stomme ding waren laagvliegende vliegtuigen. Het Silsombos ligt blijkbaar onder één of andere drukke aanvliegroute, en om de vijf minuten vloog er wel ergens iets van United Emirates of Nike Air of hoe heten die gedrochten over ons heen. De stiekeme jaloezie die ik voelde voor al die mensen die het geluk hebben in de prachtige omgeving van het Silsombos te mogen wonen, werd door de hoeveelheid laagvliegers enigszins gecounterd. Wat zijn vliegtuigen stom zeg. Laat ik dat even met klem herhalen: vliegtuigen zijn ongelooflijk en ontzettend stomme dingen.
Rechthoekige heggen waren het tweede stomme ding. En dan bedoel ik de rechthoekige heggen als symptoom van de grenzeloze truttigheid van vlaamse tuinen. Wat een deceptie is het om na de wilde weelderigheid van het Silsombos door de woonwijken van Veltem-Beisem te wandelen, en te constateren dat een hele hoop mensen nog steeds vindt dat een tuin er als een strak geregisseerde en voortdurend bijgeknipte blokkendoos moet uitzien. Wansmaak met buxus en kiezel, zonder ook maar één hoekje af. En overal de zachtgele gloed van onkruidverdelgers.
Als ik ooit het privilege heb om op wandelafstand van mijn vrienden de bosanemoon en de slanke sleutelbloem te gaan wonen, dan zal ik mijn tuin zodanig de pan uit laten verwilderen, dat al die rechthoekige heggen en dichtgetegelde voortuinen zich van schrik in de woonkamer van de bijhorende woningen terugtrekken. Want dat is waar uw vierkante perkskes en uw onkruidverdelgers thuishoren. Toch niet in de natuur begot. Doe het in huis, waar niemand er last van heeft. In uwe living. Ga daar maar een beetje zitten buxussen.
BRAVO
Tof!