De natuur (3): het experiment
Na mijn eerdere theoretische uiteenzettingen over de natuur, duik ik vandaag met handen en voeten de praktijk in. Ik zal – door middel van een zorgvuldig voorbereid experiment – de gevolgen van de natuur voor de mens onderzoeken. Want we weten allemaal dat de flora en fauna van deze wereld een behoorlijke invloed hebben op het dagelijks reilen en zeilen van het mensenras. Maar weten we precies wat die invloed betekent? Kunnen we daar de vinger op leggen? De correlatie tussen de natuur en onze gedragingen blijkt een groot mysterie. Tot vandaag. Vandaag leg ik de mysterieuze maar alomtegenwoordige werking van de natuur onherroepelijk bloot.
Tijdens de boswandeling van vorige week (waarbij ik een giraf fotografeerde, weet u nog?) heb ik een aantal zeldzame paddenstoelen kunnen verzamelen. Meerbepaald de gevleugelde splijtzwam, het zeldzame neushoorntjesbrood, de bolle grootmoeftiboleet en de rode spekamaniet. Om de effecten van de ons omringende natuur empirisch vast te stellen, zal ik vandaag elk van deze paddenstoelen met wat looksaus en sjalotjes verorberen. Na elke maaltijd zal ik het gedicht Bomen knuffelen is belachelijk (zie deel één) herschrijven om aldus een onweerlegbare illustratie te bekomen van de geheimzinnige invloed van de natuur op mijn denken en handelen.
1. Bomen knuffelen is belachelijk
(een gedicht onder invloed van de gevleugelde splijtzwam)
Jantje zag eens pruimen hangen
O! als eieren zo groot
’t Scheen, dat Jantje wou gaan plukken,
Schoon de hoogte van de boom het er niet makkelijker op maakte
Hier is, zei hij, noch een ladder,
Noch een trapke, godmiljaar
dat is spijtig, dacht toen Jantje
Ik knuffel dan maar de pruimelaar
Van knuffelen alleen kunt ge niet leven
Ge moet ook eten, af en toe
Moe van de honger en de kramp in zijn armen
Deed Jantje dan maar zijn ogen toe
Diep in slaap zag Jantje niet hoe
De pruimelaar hem een pruimke bood
Maar het mocht niet baten, het was te laat
Knuffelen is niet gezond, het metrum gaat ervan kapot, en Jantje die was dood
2. Nonkel Fons
(een gedicht onder invloed van neushoorntjesbrood)
Kijk daar in gindse verte
Daar staat nonkel Fons, hij knuffelt een boom
Het ziet er zo romantisch uit
Maar is het dat ook, zo’n knuff’lende oom?
De geknuffelde boom, die zit vol gaten
Daar heeft Fons zich van vergewist
Voor een knuff’lende oom zijn die gaten een feestje
Want nonkel Fons is overtuigd priapist
3. Bomen knuffelen is wat is bomen knuffelen?
(een gedicht onder invloed van de bolle grootmoeftiboleet)
Bomen knuffelen is belachelijk waarom?
Want stel ge knuffelt een boom doe ik toch niet fuck off
En dat die boom u dan opeens terug gaat knuffelen haha kantogniezot
Ge zoudt nogal verschieten verschiet zelf nogal
Ge zoudt van het verschieten een hartverzakking krijgen en een trauma ik hoef geen trauma fuck off
En een trauma kunt ge niet knuffelen wat is knuffelen?
Dus pus
4. Don’t push me cause I’m close to the edge, I’m trying not to lose my head, ahuh-uch uche kuch
(een gedicht onder invloed van de rode spekamaniet)
Wat rijmt op dat?
Dat rijmt op wat.
Wat rijmt op deze?
Deze niet op wat.
Wat rijmt op melk?
Hangt ervan af welke melk.
Als ge graag melk eet, wie gooit er dan roet in?
Vladimir Poetin.