The history of kissing, part four: Hoe ik zelden iets in de gaten heb
Het was een gure winternacht en om één of andere reden was ik bij haar in bed beland. We bevonden ons beiden aan de start van een tumultueuze studentencarrière en ze was al enkele maanden mijn grote vriend. Lief en leed werden zonder schroom heen en weer gegooid en we waren ervan overtuigd dat onze vriendschap van die aard was dat we elkaar nooit meer uit het oog zouden verliezen. Er was geen haar op mijn hoofd dat er aan dacht om verliefd op haar te worden, maar dat was buiten mijn studentikoze libido gerekend.
We vertelden elkaar onze grootste geheimen, we vroegen elkaar uit over de mooiste momenten en over de donkerste dieptepunten in ons jonge leven. We huilden uit op elkaars schouder, en we lachten om dezelfde flauwe grappen. We openbaarden onze amoureuze voorgeschiedenis en we vertelden elkaar waar we bang voor waren. We deden alles wat verliefde stelletjes doen, met als enige verschil dat we geen verliefd stelletje waren. Of dat dachten we althans.
Op een avond had ze last van spanning in haar schouders. Vanuit een vriendschappelijk soort hoffelijkheid stelde ik voor om haar te masseren. Niet dat ik verstand had van masseren, maar dat vinden vrienden doorgaans nooit een groot probleem. Ze stemde in en ging op bed liggen, en ik ging schrijlings maar voorzichtig op haar zitten. Als ik het nu zo neerschrijf, klinkt het nogal doorzichtig en zelfs veelbelovend, maar dat had ik toen – met mijn verwarde adolescentenhoofd – geenszins in de gaten.
Haar kamer bevond zich op de zolderverdieping van een oud en krakend studentenhuis, en haar bed stond in een hoek onder het schuine dak. Daardoor moest ik oppassen dat ik mijn hoofd niet stootte, maar dat vond ik alleen maar gezellig. Ik masseerde haar schouders en haar rug, en ik deed dat ongetwijfeld teder, zachtaardig en vriendschappelijk. Ze was nog steeds mijn grote vriend en ik had nog steeds niks in de gaten.
Ze zei dat het erg veel deugd deed, en ik zag dat als een aanmoediging om vooral verder te gaan. Ik masseerde haar nek en haar lendenen, en ik deed dat ongetwijfeld teder, zachtaardig en vriendschappelijk. Ik masseerde haar onderrug en – oeps – de zijkant van haar studentikoze borsten, en ik deed dat ongetwijfeld terloops, schuchter en – ja hoor – vriendschappelijk. Ondanks het toenemende plaatsgebrek in mijn onderbroek was ze nog steeds mijn grote vriend, en had ik nog steeds niks in de gaten.
Plotseling greep ze mijn hand. Ik was net teder, zachtaardig en vriendschappelijk haar linkerschouder aan het kneden, toen mijn vingers in de hare gleden. Het voelde als een lang vergeten sleutel die in een lang vergeten slot werd gestoken. Omdat het lastig masseren is met één hand, ging ik naast haar liggen. Ik vroeg haar wat er aan het gebeuren was, en ze antwoordde door me de mond te snoeren. Toen ik de studentikoze warmte van haar lippen proefde, had ik geen woorden meer nodig.
En opeens had ik honderden argumenten om verliefd op haar te worden. Opeens viel mijn spreekwoordelijke frank en opeens voelde het alsof ik thuiskwam. Haar omhelzing, haar kussen, haar malse warme lijfje, haar gretigheid, het was opeens allemaal veel belangrijker dan de belofte van een eeuwigdurende vriendschap. Het zou het begin blijken van een amoureuze ontmaagding op allerlei fronten. Mijn grote vriend deed de deur open naar een wereld die ik nog niet kende. En al zouden we maanden later in onderling overleg die deur ook weer achter ons dicht trekken, ik zal nooit meer het moment vergeten waarop mijn vingers in de hare gleden.
Het was een gure winternacht en eindelijk had ik iets in de gaten.
[kissing]