• Wannes Daemen

The history of kissing, part two: De inwijding

Het was een frisse len­tedag en we stonden op het punt afscheid te nemen. Uren hadden we in elkaars ogen zitten kijken, terwijl ik haar ver­telde hoe over­tuigd ik was van het feit dat zij de ware was. Ik maakte gedichtjes en die las ik voor. Ik staarde naar haar t‑shirt en fan­ta­seerde over wat eronder zat. We waren jong en wisten verder ook niet hoe het allemaal werkte. We waren achttien en we waren schuchter. Dat wil zeggen: ik was schuchter, zij was preuts. Ze was mijn eerste grote liefde en ik was ervan over­tuigd dat ik zou sterven als ze van me weg zou gaan.

Le ravissement de Psyché van W.A. Bouguereau

Le ravis­sement de Psyché van W.A. Bouguereau

Ik was er ook van over­tuigd dat we moesten zoenen. Ik wist niet of zij dat ook vond, maar ik pro­jec­teerde al mijn vers ont­lui­kende geile gedachten in haar hoofd, en mijn fan­tasie liep al snel kilo­meters op de feiten vooruit. Ik dacht dat als ik maar heel hard aan haar lippen zou denken, ik haar – door middel van amou­reuze tele­kinese – wel zover zou krijgen dat ze haar mon­de­lijke maag­de­lijkheid in mijn voordeel zou opof­feren. Met dat soort gees­tes­arbeid hield ik mij op die frisse len­tedag urenlang bezig, zonder resultaat. En toen moest ze naar huis. Weer dreigde een ambi­tieuze kruis­tocht zonder beze­geling te ein­digen. Ik ben in mijn leven wel vaker het slacht­offer geweest van laat­bloeierij, maar daar was ik mij toen in het geheel niet bewust van.

Het was een frisse len­tedag en we stonden op het punt afscheid te nemen. Weer voelde ik de ver­vol­making van mijn ver­langens als zand door mijn vingers glijden. Met han­gende schouders bege­leidde ik haar naar de bus­halte. Zonder iets te zeggen gingen we staan wachten op de bus, die haar voor de zoveelste keer voor enkele dagen uit mijn leven zou plukken. Daad­kracht ontbrak, durf was afwezig en lef had ik thuis gelaten. Enkel de rode ridder in mijn broek maakte stil­letjes gewag van een hoger streefdoel. En toch gebeurde er iets. De bus kwam, en we gingen zoenen.

Het ging enigszins per ongeluk. Ik bukte om haar rugzak op te pakken, en zij deed het­zelfde. In een fractie van een seconde was haar gezicht dicht genoeg bij het mijne om de warmte van haar huid te voelen. Ik durfde niet, zij wist niet wat te doen, en toch gebeurde het. Omdat het niet anders kon. Omdat het moment daar was. Omdat we allebei genoeg in de bioscoop gezeten hadden, om te weten dat dit soort scènes een afwik­keling ver­dient. Omdat we jong, warm en geil waren. En omdat het tijd werd, ook daarom. Onhandig duwde ik mijn lippen op de hare, en – o wonder! – zij duwde haar tong tussen de mijne. Heel even proefde ik de hemel, gedrenkt in honing en witte wijn. De wereld stond stil, en het enige wat ik voelde was de natte warmte van haar mond en de kei­harde ver­bazing in mijn broek.

Toen moest ze op de bus. Zonder iets te zeggen, nam ze afscheid. Het was een frisse len­tedag en ik voelde me alsof ik ein­delijk de lotto had gewonnen.

[kissing]

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *