Leuvense flikken zijn dom en buitendien gewetenloze oplichters
Ik schreef al wel eens eerder over zij die in Leuven het veiligheidsgevoel in stand houden als waren wij allen meedogenloze terroristen. En al zijn mijn hersenspinsels niet altijd honderd procent op waarheid gebouwd – zeg niet dat u nu uit de lucht valt alstublief, toch zit er uiteraard altijd een kern van oprechtheid in. Maar dat wist u natuurlijk ook al langer dan vandaag. Hahaha. Ik ben de meest onderschatte autobiograaf in de wachtkamer van mijn multipele persoonlijkheden. Behalve Tamara, die heeft er natuurlijk weer niks mee te maken.
Maar over de flikken dus. Laat ik es wat vertellen dat niet verzonnen en dus waarheidsgewijs wel getrouw is. Eerst punt één. Hiervan zegt de titel van dit stukje niets omdat de titel anders te lang zou worden en dan barst uw feedreader uit zijn voegen. Geen dank.
Punt één: Leuvense flikken hebben lange tenen, dat gelooft ge niet.
Ooit was ik – honderden decennia geleden – als jobstudent werkzaam in één of andere pampierfabriek te Heverlee. Het nachtploegensysteem dat het interimbureau mij stiekem in de maag had gesplitst, dwong me om naar het werk te rijden op tijdstippen dat andere mensen nog vlug een durummeke gaan steken na een uitputtende kroegentocht. Ik sloeg dan dat durummeke over en vertrok – zonder ontbijt grommel grommel – in het holst van de ochtend naar mijn werkgever. Het was toen in die tijden nog heel erg donker om vijf uur des ochtends, in tegenstelling tot nu. Met al die klimaatoplichting is het zelden nog echt donker tegenwoordig. Al Gore sucks cocks in hell. Maar dat terzijde. Bovendien was het winter en dus koud.
Op een keer kwam ik – op weg naar mijn werk – een stationaire flikkencombi tegen. In films uit Ameerieka zitten flikken in hun combi altijd cheeseburgers te eten terwijl ze praten over serieverkrachters met Sweet Home Alabama op de radio. In het echte leven uit België zitten flikken in hun combi uit hun neus te eten terwijl ze praten over Wat zit er bij u op? met niks op de radio want flikken uit België weten niks van muziek. Dat kon eigenlijk ook nog in de titel. Soit. Ik zag die combi al van verre staan, en omdat ik zoals gewoonlijk op een fiets reed zonder licht en zonder remmen en zonder noemenswaardige bandenspanning en zonder rubberen handvat links aan het stuur (kouhoud verdomme) en dus een echt hippe fiets zoals alleen fietsen hip kunnen zijn – merde mijn zinnen zijn soms zo lang dat ik alle nevenschikkingen en opsommingen en komma’s niet meer kan bijhouden tussen de bomen van de interpunctie komma. Waar was ik?
Ah ja, die combi die ik van verre zag staan. Vanuit mijn bodemloze respect voor al wat blauw is op straat, stapte ik tien meter vóór de combi af om er schuldbewust en te voet langs door te sneaken. Kin omhoog en fluitend alsof mijn neus bloedde, zoiets. Maar omdat Leuvense flikken een kromgebogen peeke tegenwoordig al voor moslimterrorist verslijten (titel!), hielden ze mij tegen. Dat deden ze met een verbale oprisping die zijn weerga ongetwijfeld niet kende, maar die ik nu – jammerrrrrr – allang vergeten ben. Wat wilt ge ook? Ik ben de leukerd hier, niet de flikken. Ze hielden mij staande en vroegen allerlei stompzinnige flikkenvragen die alleen flikken kunnen stellen. Zoals daar zijn:
Waar moedegij zo laat nog naar toe manneke?
Ah ja. En waar werkdegij dan, bazeke?
En verdiendegij dan niegenoeg voor ne nieuwe fiets, mateke?
En zijdegij niet de redder van het vaderland, namelijk de breedgeschouderde en in alle uithoeken van de poëzie bewierookte Wannes Daemen, ket?
Die laatste vraag hebben ze niet echt gesteld – zo eloquent zijn ze nu ook weer niet – maar ik kan u verzekeren dat de bazekes en de matekes mij om de half bevroren oren vlogen. Om een lang verhaal net dat tikkeltje korter te maken: ik kreeg een waarschuwing. Ik moest mijn paspoort afgeven – dat schreven ze helemaal over op één van hun nènènènènè stomme kutformulierkes – en daarmee was de kous af. En ziedadet niemeer gebeurt hè mateke! Geërgerd door hun kleinerend gedoe en de nachtelijke winterkou, ontsnapte mij op het moment dat ik mijn weg verder zette een legendarische zinsnede die mijn lot voor eeuwig en altijd en op zijn minst tien minuten in een volstrekt onverwachte richting duwde.
Bedankt, dames.
U begrijpt dat de neusetende blauwhelmige mannetjesputters in hun homomobiel daar niet mee opgezet waren. Ze werden kwaad, en dat mocht ik weten ook. Ik moest meekomen in hun combi alwaar ik een bekeuring kreeg voor elk illegaal detail aan mijn fiets én een waarschuwing voor smaad of zoiets. Twee monkellachende randdebielen in de achterbak van een camionnetteke zijn géén gezellig gezelschap, merk mijn woorden. En toen moest ik dus nog naar mijn werk fietsen om acht uur lang aan een lopende band folderkes in dozen te steken. Ik baalde zoals Steve Fossett laatst baalde toen hij met een lege brandstoftank het luchtruim boven Nevada binnenvloog.
En daarom hebben Leuvense flikken lange tenen, dat gelooft ge niet.
Punt twee: Leuvense flikken zijn dom, dat gelooft ge niet.
Bewijsstuk één, edelachtbare. Ik wandelde ooit met mijn fiets aan de hand over de bondgenotenlaan omdat het zomeravond was en warm en ik geen zin had om te fietsen maar wel om te struinen met mijn fiets aan de hand, dus te voet en dat ik niet aan het fietsen was. Onthou uit de laatste zin vooral dat ik te voet was en dat ik mijn fiets aan de hand had en dus niet dat ik aan het fietsen was, want dat was ik niet. Uit de tegenovergestelde richting kwam een vrouwelijke agent aangewaggeld. Ik vermeld erbij dat het een dame was, niet uit bevooroordeeld chauvinisme, maar omdat ik zeker wist dat ik deze agent bij een eventuele confrontatie zonder schroom met dame zou kunnen aanspreken. Toen de blauwe geschelpte gezagsdrager mij bijna passeerde, keek ze wenkbrauwfronsend naar mijn voorlicht en sprak toen een halve zin die ik nooit meer zal vergeten, al ga ik honderd keer dood. Ik herhaal even voor alle zekerheid dat ik te voet was en dus niet aan het fietsen. U ziet het voor u? Goed zo. Komt-ie:
Meneer, zoudegij nienekeer uw licht a… oh pardon excuseer laatzitten.
Bewijsstuk twee, edelachtbare. Zezunja en ik parkeerden onlangs ons beider tweewieler in een fietsenrekkie in de buurt van het Leuvense station. Toen ik vier dagen later die fietsen wilde gaan oppikken, was heel het fietsenrekkie leeg en stond er een bordje waaruit bleek dat het op die dag niet was toegestaan om uw vehikel in dat rekkie te zetten van 8 uur ’s morgens tot zoveel uur ’s avonds. Dat bordje stond er uiteraard vier dagen eerder nog niet, dan hadden wij onze fiets wel elders gezet nietwaar. Met een gevoel van ze gaan mij nu toch ieniemieniemiljaarde niet weer hebben zeker, de gewetenloze luldebehangers? trok ik – te voet verdomme – naar het flikkenburo om mijn gevoeg te doen. Ik bedoel mijn beklag natuurlijk, maar mijn gevoeg had er meer zin in dan mijn beklag. In het hol van de leeuw aangekomen kreeg ik een kopietje in mijn handen geduwd met daarop de adresgegevens en openingsuren van het Leuvense fietsendepot, alwaar ik mijn voertuig zou mogen ophalen. Dat mocht ik helemaal zelf doen en daar zou verder niemand mij mee helpen, zeker de flikken uit het hol van de leeuw niet. De geagiteerde maar dappere discussie die ik toen wilde aangaan, werd in de kiem gesmoord door de blauwe geschelpte en vrouwelijke – ik kan het ook niet helpen – gezagsdrager aan de andere kant van de balie. Zij verstoorde mijn geloof in de mensheid met een frase die zijn gelijke niet kent, behalve dan in de prullenmand van de scenarioschrijver van FC De Fokking Kampioenen:
Jamaar meneer, die fietsenrekken dienen niet om uw fiets een week in te stockeren, he!
U begrijpt mijn gevolgtrekking: Leuvense flikken zijn dom, dat gelooft ge niet.
Punt drie: Leuvense flikken zijn gewetenloze oplichters, dat gelooft ge niet.
Toen Zezunja en ik enkele dagen later – te voet verdomme – naar het Leuvense fietsendepot trokken om onze teergeliefde metalen rossen terug te vorderen, bleken de Leuvense flikken ook nog eens gewetenloze oplichters te zijn, dat gelooft ge niet. Maar dat zei ik al, dat gelooft ge wel. In het depot was een groezelig kantoortje met veel te veel asbest en een ambtenarenstank die jarenlange papierschimmel en zitvlak-vegetatie deed vermoeden. Daar moesten wij voor een blauwe geschelpte – en ongetwijfeld stiekem karrevrachten donuts bulkende – gezagsdrager ons verhaal doen. Deze keer was het geen vrouw, maar een soort van man. Hij vroeg ons onze fietsen te beschrijven zodat hij achteraf kon controleren of wij geen malafide fietsendieven waren. Hah! Look who’s talking, motherfucking cocksucker. Maar goed. Wij beschreven onze fietsen op accurate edoch licht geïrriteerde wijze. Daarna mochten we in het walhalla van de tweewielrijdende foutparkeerder naar die van ons gaan zoeken. Toen wij wonderwel in de zoektocht slaagden, bleken onze twee fietsen niet alleen mijlenver uit elkaar te staan – handig hoor – maar bleken ook onze fietssloten op schaamteloze wijze doorgeknipt. Ik gebruik zelden lange opeenvolgingen van hoofdletters in mijn proza, maar bij die zin over die doorgeknipte fietssloten was de verleiding erg groot, dat moet ik eerlijkheidshalve toegeven.
Over deze misdadige boevenstreek wilden wij uiteraard bij de cocksucker in het asbestkantoortje ons beklag gaan doen. Waar moet een mens anders zijn beklag gaan doen over boevenstreken? Ons humeur – dat ondertussen al ver onder het lage pitje stond – werd echter met een kaakslag de diepte in gekatapulteerd. Zezunja – zij is zo dapper, dat gelooft ge niet – probeerde met hand en tand de onrechtvaardigheid van de situatie duidelijk te maken, maar de papzak met zijn donutverslaving produceerde alleen maar variaties op het thema Ik maak de regelkes ook niet, mevrouw. Dat is een argument waar ik doorgaans acute schurft van krijg, en bovendien klinkt het heeeeeeel raar uit de mond van een zogenondenaamde ordehandhaver. De donut-adept meldde ons ook nog dat we hierover natuurlijk altijd een brief aan de gemeente konden schrijven, maar gewoonlijk betaalt de gemeente dat soort dingen niet terug. Ik hoopte stilletjes dat hij ook nog iets verstandigs zou zeggen over het gebrek aan fietsenrekkies in Leuven en het overdreven hardhandige optreden van het politiekorps bij fietsen-zonder-licht en de belachelijkheid van de camera’s op de Oude Markt die tot op heden nog niks maar dan ook werkelijk helemaal nougabollen noppes hebben veranderd aan mijn veronderstelde onveiligheidsgevoel, maar ik bedacht toen ook stilletjes dat dat waarschijnlijk veel te veel woorden zijn om in een hoofd te passen dat geplamuurd is met donutdeeg. Ik kan het de arme man niet kwalijk nemen. Vergeef hem, oh heer, want hij weet niet wat hij eet.
Humeurig, vloekend en zonder slot trokken mijn lief en ik huiswaarts. Daar aangekomen sprak ik wel duizend keer per seconde de frase die u ondertussen al van ver zag aankomen:
Leuvense flikken zijn gewetenloze oplichters, dat gelooft ge niet.
Ha, I agree!
Ooit ging ik (de goedheid zelve) met een overduidelijk gestolen maar door mij teruggevonden portefuille naar het Leuvense politiekantoor (alle prullen, kaarten, condooms die er rond gespreid lagen er zorgvuldig weer ingestoken, ook al moest ik daarvoor onder geparkeerde auto’s duiken), alwaar ik aangekomen op het bureau eerst tien minuten moest wachten voor de ‘portefuille’flik ophield met telefoneren. Dan deed ik mijn verhaal, zei dat er niets van geld meer in die portefeuille zat en het dus duidelijk gestolen was.
En dan:
‘En hoe weet gij dat, juffraake?’
(wel euh, ik heb alles er terug ingestoken en gekeken of er eventueel een adres inzat..)
‘en wat gingt ge dan gedaan hebben meiske, als ge een adres gevonden had?’
(wel, nog steeds naar het bureau gekomen zijn omdat ik nu niet echt zin had om telefoonboeken te raadplegen om haar haar bezit terug te geven’)
‘ha, dus ge moest toch niet echt weten of er nog geld in zat of niet?’
(euh, neen, eigenlijk niet echt, maar da’s toch ergens logisch… en ik heb alles er weer ingestoken he, dan doet ge een portefuille open?)
‘En weet gij zeker dat ge die gevonden hebt?’
(euh, jaaaa.…)
‘en kunt ge dan EXACT vertellen waar’
(wel, ergens in de Ravenstraat…)
‘Rond welk huisnummer’?
(geen idee…)
‘ge weet niet meer waar ge zoiets vind? Meiske, soms klinkt ge wel een beetje raar (sic) hoor’.
(euh?)
‘wilt ge een getuigenis afleggen, dan, nu?’
(neen, geen tijd, noteer mijn telefoonnummer maar mocht er iets zijn)
‘ge GAAT NU een verklaring afleggen hoor meiske, dat is verplicht’
…
Doet een mens dan eens iets goed he..
Toch even deze weinig prozaïsche tip voor de top: stop gevonden papieren/portefeuilles in de dichtstbijzijnde postbus. De Post bezorgt ze dan aan uw dichtstbijzijnde wetsdienaar. Ik heb mijn geroofde papieren op die manier al op magische wijze teruggekregen via de gepokkelde arm der wet. Maar het zijn en blijven losers, laat ons daar niet flauw over doen. Vooral die Pasmans, trouwens.
Heer Maanzand,
(1) Dus U rijdt rond op
‘een fiets zonder licht en zonder remmen en zonder noemenswaardige bandenspanning en zonder rubberen handvat links aan het stuur’
En als U dan op een avond overhoop zult gereden worden door een auto, dan zal het de schuld van die bestuurder zijn, zeker?
(2) Mensen wiens gezag in onze huidige maatschappij voortdurend wordt ondermijnd spreekt U toe met: “Bedankt dames.” En dan bent U verwonderd dat zij U de volle laag geven? Hebt U dan geen empatisch vermogen, daagt U graag lekker stoer en eigentijds uit, of bent U gewoon achterlijk?
Hoogachtend,
De Drs.
Ja, ik weet het, het moet eigenlijk zijn empathisch, maar U raakte een gevoelige snaar en ik verloor mijn concentratie en mijn zelfbeheersing.
Sorry.
Niet voor die spelfout, maar voor het verliezen van mijn zelfbeheersing.
Sorry.
De Drs.
Potver. drie keer portefuille ipv portefeuille en ge vind ipv vindt. Het was precies mijn dagje niet :)
@ Heer Happo! Ik verlies bij momenten ook wel eens mijn zelfbeheersing – zo blijkt uit het stukje hierboven – dus wat dat betreft hoeft u zich geenszins te verontschuldigen. Reageurs zoals uzelve zijn er veel te weinig.
Hoe dan ook lijkt de kwestie u diep te raken. Ik hoop dat ik u niet onherroepelijk gekwetst heb.
En verder: ik doe graag stoer en eigentijds, ja. Dat is één van mijn zwakheden.
@ Mr. Coenegracht: Laten we die Pasmans een fatwa in zijn kepi slaan. Het heeft lang genoeg geduurd, zo.
@ Licht: Ik zou over die taalfouten toch snel een verklaring afleggen als ik jou was.
Heer Maanzand,
Ik stel voor dat wij dit incident, deze ‘aanvaring’, dan ook maar zo vlug mogelijk vergeten.
Anderzijds… een beetje emotie op uw weblog, dat kan toch niet helemaal fout zijn en alleen maar bijdragen tot de ambiance, zeg maar.
Met oprecht vriendelijke groeten,
Drs. Johan Arendt Happolati
Heer Happo, u heeft gelijk dat het geen naam heeft.
Met even oprechte alsmede waarlijk vriendelijke groeten,
Yuri Maanzand
Wat deed U tijdens die vier dagen?
Was getekend
Euh. That’s classified. Waarom?
Klojo roepen naar een commissaris die je net een onterechte parkeerboete aangesmeerd heeft, om daarna met zwaailicht klem gereden te worden, helpt ook niet. Je tong uitsteken naar een voorbereidende combi, die prompt rechtsomkeerd maakt en waarvan de flik aan het stuur vraagt of je hem een tong wil draaien en daarop ja antwoorden, terwijl je een blinde vriend aan de arm hebt, ook al doet dat laatste weinig ter zake, al evenmin (als dat geen magistraal kromme zin is). Lange tenen, inderdaad.
Uit pure menselijke nieuwsgierigheid. Al de rest stond duidelijk en meer dan volledig beschreven, en plots ontbraken daar vier dagen in het verhaal. U moet al een zeer goede reden gehad hebben om uw fiets vier dagen aan zijn lot over te laten, eenzaam en alleen.
Was getekend
Omdat ik het gerechtelijk onderzoek jegens mijn persoon niet mag schaden, kan ik die informatie helaas niet vrijgeven.
Na dit eerlijke antwoord rest mij alleen maar uw lacune van vier dagen te respecteren daar ik geen rechter nog gewetenloze Leuvense oplichter van een flik ben.
Was getekend
Vorige week getuige geweest van een ongeval met auto en fietser, waarbij de fietser geen licht had…
Je brengt toch best je fiets in orde hoor…
Ik kan u alleen maar gelijk geven!
(Ookal zou u inderdaad beter met een fietslicht rijden)
Om het aantal gevallen van onrechtvaardigheid jegens de fietsende student in Leuven uit te breiden:
- Een medestudent fietste in de regen naar de bushalte om de bus naar huis te nemen. Aangezien het regende en zijn fietslicht hierdoor niet werkte (maar overduidelijk wel opstond) hield de politie hem alsnog tegen. Omdat hij dringend zijn bus moest halen (en ook wel een beetje uit een poging om toch te ontsnappen aan een eventuele boete) zei hij ‘Ik kan hier niet te lang blijven staan want ik moet mijn bus halen.’ Niet alleen kreeg hij 50 euro boete voor het zogezegd ‘fietsen zonder licht’ maar zelfs daarvoor krijg je een boete voor ‘smaad’ aan de politie. (Weer eens 50 euro) Dat was weer 100 euro afgetroggeld van de arme student om de staatskas aan te spekken. (En dan kan men nog eens denken aan diplomatische immuniteit, wat eigenlijk materiaal is voor een andere discussie) Maar goed, ‘dag dames’ is blijkbaar nog een belediging van de ergste soort als je voor zo een futuliteit al een boete voor smaad krijgt.
- Het zal niet de eerste keer zijn dat als ik nog eens een combi tegenkom die zelf TEGEN de richting van de straat inrijdt.
- Zich juist achter een hoekje gaan verstoppen om met twee mannen EN een politiehond (jaja geen zever! dat allemaal natuurlijk voor de übergevaarlijke criminele student) boete uit te delen dat gaat allemaal wel. ’s Nachts om 2.30u boetes uitdelen voor het rijden door een rood licht, allemaal mogelijk. Maar elke nacht worden er fietsen gestolen of afgebroken met messen, slijpschijven, koevoeten en weet ik wat nog materiaal (ook mijn fiets is eraan moeten geloven) nooit heb ik iemand weten zeggen dat de politie daar iets aan gedaan heeft. Misschien omdat er dan geen peleton politiemannen met waterkanons en traangas beschikbaar is? En wee o wee als je met zulke futuliteiten naar het bureau stapt! Vandalisme met zwaar materiaal is natuurlijk niet zo erg als een knipperlichtje waarvan toevallig de batterij uitviel.
Om te voorkomen dat het verkeer in leuven volledig chaos is, ok dat ze er zijn, maar de boetes zijn schandalig overdreven en de meerderheid heeft duidelijk last van machtssuperioriteit. Als je willekeurig twee heren aanspreekt op straat met ‘dag dames’ hebben zij niet de uniformen en het busje om boetes uit te delen, dat zij dat wel hebben is louter vanwege hun beroep en zou niet mogen dienen voor persoonlijke ‘wraak’. Pure machtsmisbruik
Ik zou zo nog even kunnen doorgaan…
Bende achterlijke idioten, zo ne website openhouden, en laat de mensen hier iets bloggen die effectief kunnen schrijven.
Effectief.
Heer Maanzand,
Volgens ‘ne’ zekere ikk kunt ge niet schrijven, maar volgens mij is dat oordeel van ‘diene’ ikk van nul en generlei waarde.
http://www.vandale.nl/vandale/opzoeken/woordenboek/?zoekwoord=ne
Met vriendelijke groeten,
De Drs.
Als er een ongeluk is gebeurd met een fiets die zonder licht reed, hoe kan de polisie dan weten of het licht al niet werkte voor het geval, of net door het ongeval?
Kijk, ik kan het goed begrijpen dat je eens wat rottigheid met politie hebt gehad. Maar persoonlijk vind ik dat uw kleine probleempjes vooral uw eigen schuld zijn en da het redelijk belachelijk is om zo alle flikken als idioten en rotzakken te veralgemenen. Ge weet goe genoeg dat uw fiets een licht moet hebbe en remmen, das ni om u gewoon te kloten das voor uw veiligheid. En wa had ge nu verwacht as ge “dag dames’ tegen 2 flikke zegt die al duidelijk van die randdebielen waren?
Mijn punt is gewoon dat ik iedereen die zo veel over de ‘flikken’ zeurt een beetje hypocriet is. Want als jij ooit eens zwaar in de problemen zit of word overvallen in je huis of wat dan ook denk ik da ge snel weet wie ge moet bellen, ge moogt blij zijn da wij in een land leven waar geen corrupte flikken zijn die u in de bak smijten as ge ze geen 500euro kunt geven.
Maar al bij al, er zijn inderdaad flikken die net als zo veel mensen graag misbruik maken van hun machtspositie en dat vind niemand leuk als dat bij hem gebeurt dus daar kan ik u wel in begrijpen.
Groetjes, Jan
kijk e ge het gelijk mijne vriend diene blauwtjes hebben geen gevoel voor wat lichtzinnege humor. tword tijd da ze die is wa anty depresievium gaan geven want met tgeen wat ze uit hunne neus halen worden ze ni beter vn en wij ook ni
Neen hoor, de Leuvense politie zijn echt klootzakken. Mijn fiets is in Leuven tweemaal gestolen, bij de tweede keer deed ik een aangifte. (Ja ik had een slot, beide keren waren ze gewoon opengesneden.) Ik kom daar aan, moest een uur in de wachtzaal wachten. Ik heb een half uur gespendeerd met mijn fiets te beschrijven, waar is het gestolen, hoe laat, etc etc. En dan kwam opeens de vraag: ‘is uw fiets gegraveerd’? Neen was mijn antwoord, want ik wist destijds niet dat het een optie was.
En wat toen volgt, heeft een lange tijd aan mij geknaagd. Ik moest een contract tekenen waarop heel wat van mijn gegevens staan en dat als ik mijn fiets terug vindt, dan ben ik verplicht van dit aan te geven bij de politie. Maar die zei er wel droogjes bij dat als zij die vinden, dat ze me niet zullen contacteren omdat ik geen bewijs heb dat die van mij is. Foto’s van mij met de fiets zijn niet voldoende bewijs (nochtans hangen er kenmerken op van een bel die raar gemonteerd is en een bepaalde kleur dat ik in het geraamte gespoten had).
Dus om het samen te vatten: Ik heb een anderhalf uur gespendeerd in het kantoor voor niets; als ik de fiets vind, moet ik de moeite gaan doen om het te melden, desondanks dat ze toch niets zullen doen; als zij het vinden houden zij het gewoon voor zichzelf.
En vandaag ben ik tegengehouden door een undercover agent in Heverlee. De slagbomen waren praktisch helemaal omhoog van bij de spoorweg en de trein was allang weg. Ik wou oversteken en opeens wordt ik tegengehouden en krijg ik een €360+ boete opgestuurd omdat ik een ‘klasse 4 fout’ heb begaan. Ik heb met mijn actie zogenaamd mezelf en eventueel anderen een onvermijdelijke schade toegebracht in geval van een ongeluk. Slagbomen waren praktisch omhoog en geen trein te bekennen kilometers ver links en rechts. Ik ken dieven en moordenaars die met een mildere straf ervan af komen. Ik begin te denken dat criminaliteit aangemoedigd wordt in Leuven, zolang je maar juist over het zebrapad steekt en parkeertickets betaalt.