• Wannes Daemen

De Cicade Zonder Naam

Cica­della Libidos wordt begin maart geboren in de buurt van Avignon. Ze is de twee­hon­derd­zes­en­veer­tigste in een gezin van acht­hon­derd­vie­ren­vijftig kin­deren en heeft geen gemak­ke­lijke jeugd. Als ze een maand oud is, wordt ze tijdens een onweersbui zwaar gewond aan haar lin­ker­dek­schild en kan twee weken niet springen. De wonde zal haar de rest van haar leven ach­ter­volgen. Ette­lijke maanden later springt ze nog steeds niet erg ver, en met een voort­du­rende afwijking naar links. Vóór haar tweede maand ver­liest ze drie­hon­der­dacht­en­twintig broertjes en zusjes.

Haar romance met een colo­ra­do­kever leidt tot een breuk met haar ouders. Ze ver­huist naar het stadje Vannes in Bretagne, waar ze zich vestigt in de tuin van de bur­ge­meester. Die laatste blijkt een groot lief­hebber van het betere chanson, en de klanken die steevast uit het huis van de bur­ger­vader klinken, laten een onuit­wisbare indruk na op de jonge Cicadella.

In Vannes ontmoet ze ook Mario Cercopis, een aan lager wal geraakte bloed­cicade die haar aan­moedigt zelf te gaan zingen en uit­ein­delijk ook haar impre­sario zal worden. In St-Nazaire treedt ze op als chan­son­nière in boom­stronken en kleine rots­holtes. Gesti­mu­leerd door Mario ver­zorgt ze begin juni de ach­ter­grondzang op een demo-opname van de verder onbe­kende Pierre Rho­coridé. Die demo belandt via via bij Claude Jakovlev, een Rus­sische pla­tenbons. Die is niet erg onder de indruk van het gekweel van Rho­coridé – hij is lang niet de enige – maar het vreemde tril­lende stem­metje in de ach­ter­grond intri­geert hem mateloos. Wanneer Cercopis hem vertelt over de kwa­li­teiten van Cica­della Libidos, nodigt Jakovlev haar uit voor een test­opname. Enkele uren later is Cica­della een pla­ten­con­tract rijker. Jakovlev besluit haar te pro­moten als De Cicade Zonder Naam, naar ver­luidt omwille van haar onaards klin­kende vibrato. Wat wei­nigen echter weten, is dat Jakovlev – een erg preutse pyja­ma­wants – de kriebels kreeg van Cicadella’s achternaam.

De eerste single van De Cicade Zonder Naam ver­schijnt in de tweede helft van juni. Krikri L’A­moroso is de eerste uit een lange reeks suc­ces­nummers waarmee Cica­della zich tot ver in het najaar een plekje in de top van de hit­lijsten weet te vrij­waren. Rai­nette… rai­nette, Je dor­mirai jamais en Cher jar­dinier, n’arrose plus zijn slechts enkele van de nummers die haar tot ver in Bretagne roem zouden bezorgen.

Eind juli wordt Jakovlev ver­moord, en Cica­della wordt in eerste instantie ver­dachte nummer één. Ze weet zich met de hulp van Cercopis – met wie ze onder­tussen een storm­achtige affaire beleeft – uit een juri­disch kluwen te ont­trekken en wordt uit­ein­delijk van elke blaam gezuiverd. Kort daarna neemt ze het vurige country-deuntje Pré­sident Puceron op, een ode aan de vaak ver­guisde bladluis. Het nummer ver­oor­zaakt een onge­kende groei van haar fanclub.

In oktober begint de schade aan Cicadella’s lin­ker­dek­schild haar steeds meer parten te spelen, en haar gezondheid gaat ach­teruit. Ze reist steeds minder, en het aantal optredens neemt zien­derogen af. Wanneer ze zich tijdens een concert in Brest plot­seling de tekst van één van haar nummers niet meer kan her­in­neren, besluit ze een punt te zetten achter haar zangcarrière.

Kort na haar afscheid wordt haar geliefde Mario door een zwaluw naar pie­renland ver­wezen, en De Cicade Zonder Naam brengt haar oude dag in een­zaamheid en afzon­dering door in de wei­landen rond Lorient. Enkele idolate blad­luizen blijven haar hard­nekkig bezoeken, en ver­halen in de rod­delpers hoe zwaar het gemis aan haar echt­genoot en haar publiek op de zan­geres weegt.

Wanneer Cica­della begin november over­lijdt, wordt er een dag van nati­onale rouw afge­kondigd in Frankrijk. Bretagne wordt over­spoeld door insec­ten­plagen, omdat grote groepen sprink­hanen, krekels, blad­luizen en wantsen in grote getalen een glimp willen komen opvangen van hun heen­gegane idool.

Twee jaar na haar over­lijden wordt ter ere van de zan­geres een monument opge­richt in Avignon, dat echter op korte tijd door een groe­pering van extre­mis­tische ter­mieten in de ver­nieling wordt gevreten. Ondanks die ter­ro­ris­tische en lief­deloze aanval blijft De Cicade Zonder Naam tot op de dag van vandaag voort­leven in de harten van mil­joenen franse insecten.

[nieu­we­dieren]

2 reacties

  1. Noynourfe schreef:

    Ver­bluffend. U weet alweer het kleine leed, de kleine kunst en de kleine wereld te onvouwen. Wie wil dat niet, een cariere in frankrijk? Ver­liefd worden, beroemd worden, en dan dat leed. Zonder leed geen kunst.
    Ove­rigens had ik het gevoel dat De Cicade Zonder Naam ergens in haar cariere een grote rol in de homo beweging heeft gespeeld. Dat ze opge­nomen werd in een wereld die de hare, met bloem tapijtjes en hang­gor­dijntjes, niet was. Des­on­danks. Zoiets.

  2. Yuri schreef:

    Vous êtes vraiment un con­naisseur, mon­sieur Noynourfe.
    En die voor­trek­kersrol binnen de franse homo-beweging heb ik even ter­zijde gelaten, uit angst voor repre­sailles van het TTF (Ter­mie­tisch Terreur Front).

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *