• Wannes Daemen

Stenen (3)

Ik had een nier­steen en die kon praten. Deze medische ano­malie had tot gevolg dat ik onder dwang in qua­ran­taine werd geplaatst in een bewaakte zie­ken­huis­kamer met twee camera’s op mijn len­denen gericht. Niet alleen werd ik aldus van mijn vrijheid beroofd, maar bovendien mocht ik niet zelf eten of drinken. Op gere­gelde tijd­stippen kwam een ver­pleegster me op dwin­gende wijze wat voedsel in de strot rammen. Dat voedsel zag er altijd vreemd en nooit vers uit. Wat ik allemaal precies te slikken kreeg, weet ik niet. Wel weet ik dat ik na enkele uren zo groggy was als een amazone-kikker met een drugsprobleem.

Er kwamen twee uro­logen langs om met mij te praten. Ze vroegen naar mijn eet­ge­woonten en levens­wijze. Ook wilden ze weten of ik ooit lange reizen in Azië had gemaakt. Dat was niet het geval. De dokters fronsten de wenk­brauwen en over­legden met elkaar in een jargon waar ik zelfs in heldere toe­stand niets van zou begrijpen. Blijkbaar was er iets zeld­zaams en ver­ont­rus­tends met me aan de hand en wisten de dokters niet onmid­dellijk welke behan­deling te ini­ti­a­li­seren. Daarom besloten ze in eerste instantie het normale pad te bewan­delen. Dat wil zeggen: de normale manier om een nier­steen te ver­wij­deren. Er zijn blijkbaar twee methodes. Een eerste methode houdt in dat men met gea­van­ceerde laser­tech­nieken de steen gaat bestralen zodat hij ver­pulvert. De tweede methode behelst het inbrengen van een darmpje in de penis, om zo via de uri­ne­leider en de blaas de steen te loka­li­seren en hem hand­matig te ver­brij­zelen. In mijn geval werd voor de tweede methode gekozen. Ik hoef u niet te ver­tellen dat mijn man­ne­lijkheid zich diep in mijn scrotum terugtrok bij het horen van die beslissing.

De ope­ratie zou de vol­gende dag in alle vroegte gebeuren, dus ik had een hele nacht de tijd om mezelf gek te maken met angst­vi­si­oenen over bull­dozers en krui­wagens die af en aan reden door mijn gekoes­terde pisbuis. Omstreeks drie uur ’s nachts hoorde ik plots muziek. Pia­no­muziek. Ik dacht in eerste instantie dat er iemand in een aan­pa­lende kamer naar de tele­visie keek, maar toen ik even rechtop ging zitten, kon ik de bron van de klanken beter loka­li­seren: mijn eigen inge­wanden. Het had er alle schijn van dat die pra­tende onderdeur in mijn rech­ternier van Chopin hield. Ik kon me niet her­in­neren ooit een vleu­gel­piano inge­slikt te hebben, dus u begrijpt mijn ver­warring. Ik was de wanhoop ver voorbij en wist op dat moment dat ik een deugd­doende nachtrust op mijn buik kon schrijven. Dus bleef ik gewoon liggen en staarde wat in het sche­mer­donker van de kille zie­ken­huis­kamer. De pia­no­muziek duurde ongeveer anderhalf uur en hield toen plot­seling op. Ik vreesde nog even dat er een applaus zou volgen, maar was enigszins opge­lucht toen dat niet gebeurde. Ondanks de warmte in de kamer trilde ik als een espeblad.

Om zeven uur ’s och­tends ging de kamerdeur open en kwam er een krom­ge­bogen chinees met een dok­tersjas binnen. Een chinese dokter, ver­moedde ik. Mijn ver­moeden bleek te kloppen, want de chinees schudde me de hand en stelde zich voor als chirurg. Hij wilde even de ingreep over­lopen en de details met mij bespreken. Hoewel de details mij gestolen konden worden, onderbrak ik hem niet. Ik zweette als een rund en wou dat ik dood was. Wat was er met mij aan de hand? Waar had ik het in godsnaam aan ver­diend dat ik opge­sloten moest worden, dat ik astro­nau­ten­voedsel te eten kreeg, en dat een krom­ge­bogen chinese dokter met zijn gele tengels én een niersteen-tangetje mijn teer­ge­liefde Willy Wonka kwam moles­teren? Tijd voor ant­woorden was er niet, want alras werd ik vast­ge­gespt op het bed en naar de ope­ra­tie­kamer gereden.

De ope­ratie werd uit­ge­voerd onder plaat­se­lijke ver­doving. Mijn smeekbede voor een vol­ledige narcose werd geweigerd en de chinese chirurg mom­pelde iets over een genees­kundig en geschied­kundig wonder en de over­le­vingskans van de nier­steen. Dat vond ik allemaal larie en apekool, maar het mocht niet baten. Ik bleef klaar­wakker en mocht het hele gebeuren als een slecht gemaakte hor­rorfilm gade­slaan. Ik was ver­stijfd van angst toen mijn benen in koude metalen beugels werden gelegd, die ik tot dan toe alleen nog maar in VT4-programma’s had gezien. Toen de twee assis­tenten en de dokter als slecht gecaste X‑files-acteurs hun plastic hand­schoenen aan­trokken, ging mijn hart zo snel tekeer dat zelfs hardcore gabbers hun rit­me­gevoel zouden ver­liezen. Ik schreeuwde het valse plafond in de ver­nieling toen dokter Tsjing Tsjang Dinges met zijn dui­velse darmpje mijn jon­geheer pene­treerde. Ik krijste de longen uit mijn lijf toen hij het tuig steeds verder en verder duwde tot ik het gevoel had dat hij in mijn keel zat. Ik brulde zo hard dat mijn stem­banden tilt sloegen en ik enkel nog gekraak en gereutel kon voort­brengen. Tussen mijn benen zag ik het glim­mende voor­hoofd van de dokter die alle moeite van de wereld had om zijn mate­riaal in goede banen te leiden. Mijn inge­wanden voelden alsof er nucleaire splijtstof werd getest. Toen hield Tsjing Tsjang halt. Ook hij begon nu zachtjes te kreunen. Hij wrikte wat harder aan het darmpje, maar het leek – o kommer en kwel – vast te zitten. Aan de toe­ne­mende ner­vo­siteit bij de assis­tenten kon ik afleiden dat de ope­ratie niet volgens plan verliep. Toen begon de dokter te vloeken. In een poging de vast­ge­lopen situatie een wending te geven, begon hij nu aan het darmpje te trekken. Ik dacht even dat ik gevie­ren­deeld ging worden, toen er een dreigend gerommel uit mijn onderbuik opsteeg.

Dokter Tsjing Tsjang werd nu heel erg zenuw­achtig. Hij veegde zijn voor­hoofd droog met zijn bovenarm, en toen ging het darmpje plots een eigen leven leiden. Met korte maar krachtige snok­be­we­gingen ver­dween het onding steeds dieper in de krochten van mijn onderkant. Mijn lief­des­zwaard zwiepte op en neer alsof ik een kind ging baren, en de dokter maande zijn assis­tenten aan om hem te helpen. Met zijn drieën stonden ze aan het darmpje te trekken. Tot mijn grote angst mocht dat getouwtrek niet baten. Steeds dieper en dieper ver­dween het tuig naar binnen, tot de drie mus­ke­tiers aan het voe­teneind nog slechts twintig cen­ti­meter in handen hadden. Aan het eind van het darmpje zat een playstation-achtige afstands­be­diening, en één van de assis­tenten wist nog net op tijd het darmpje door te knippen. De afstands­be­diening viel op de grond en het plastic darmpje dat mij van de gruwel in mijn inge­wanden moest ver­lossen, werd als een spa­ghet­ti­sliert naar binnen gezogen. Dokter Tsjing Tsjang sloeg de handen ten hemel, onderwijl een onver­staanbare klaagzang aan­heffend. Zwetend en uit­geput verloor ik het bewustzijn.

6 reacties

  1. buitel schreef:

    Bbbbrrr… ik krijg er zeer van aan mijn pie­rewiet. En ’t zou nog erger zijn, als ik er effectief één zou hebben…

  2. Zezunja schreef:

    Ik hoef u niet te ver­tellen dat mijn man­ne­lijkheid zich diep in mijn scrotum terugtrok bij het horen van die beslissing.”

    Hier wil ik graag een cartoon van.

  3. Yuri schreef:

    Er wàs een cartoon, maar die heb ik moeten ver­wij­deren omdat Frans Bauer zich beledigd voelde en met repre­sailles dreigde.

  4. Zezunja schreef:

    Ah, dat doet echt zeer. Frans Bauer die zich terug­trekt in je scrotum. Het besef begint ten volle tot me door te dringen.
    Hoe heb je die cartoon ver­wijderd? Ook met een darmpje?

  5. Ik dacht dat je sug­ge­reerde dat Frans B. jouw man­ne­lijkheid als profeet vereert. Ook geen pretje.

    (en ik moet elke keer weer lachen om “heeft een mooie website”. Mooie vondst)

  6. Jozef schreef:

    No doubt: maan­man­netjes! Oppassen geblazen!

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *