• Wannes Daemen

Gat

Ik heb een gat in mijn broek. Dat wist ik wel, maar eer­gis­teren was ik het even ver­geten. Ik had de broek een tijd geleden ergens neer­gelegd, en vaag het plan opgevat om ooit iets te doen aan het gat. Maar eer­gis­teren vergat ik dat dus even. Ik vergat dat er in mijn broek een gat zat op de hoogte van mijn – euh – gat. Een gat met een doorsnee van ongeveer drie cen­ti­meter waardoor mijn lin­kerbil en de rand van mijn onder­broek zichtbaar werden. Ik probeer altijd de rest van de wereld de loef af te steken wat betreft gekleurd ondergoed, en u mag gerust weten dat het gat in mijn broek eer­gis­teren een kont ten­toon­stelde die leek te sup­por­teren voor één of andere zuid-amerikaanse voet­bal­ploeg. Ik heb verder totaal niks met voetbal, dat mag u ook weten. Wat u verder nog mag weten, is dat ik eer­gis­teren die lin­kerbil aan mijn collega’s op het werk heb getoond, maar ook aan de mevrouw van de brood­jesbar en aan het vol­tallige Fnac-cliënteel. Ik heb mijn lin­kerbil aan de vol­ledige tweede rij van links aan de kassa’s van de Colruyt laten zien en aan het ver­ve­lende buur­meisje dat mijn kat steevast Streepje noemt. Ik deed het vol­komen onbewust. Dat mag u niet ver­geten, want mijn buur­meisje is een jaar of tien en ik wil niet beticht worden van exhibitionisme.

Alhoewel. Toen ik ’s middags over het Ladeu­ze­plein struinde, pas­seerde ik een stuk of twintig rond­bor­stige eer­ste­jaars­stu­dentes in de zon, die daar waren samen­ge­troept voor acti­vi­teiten waar alleen rond­bor­stige eer­ste­jaars­stu­dentes zich mee onledig houden, zoals daar zijn: in de zon zitten en glim­lachen naar nitwits om hen het hoofd op hol te brengen. Nitwits zoals ik, dat spreekt vanzelf.

Nu eer­gis­teren voorbij is, moet ik glim­lachen om het feit dat mijn lin­kerbil geen hoofd heeft om op hol te brengen. Mijn hoofd was dan mis­schien aardig onder­ste­boven van het rond­bor­stige schouwspel, maar mijn kont heeft op dat moment aardig van zich afge­beten. Heel even was mijn kont de ver­per­soon­lijking van het adagio de vijand met zijn eigen wapens bestrijden. Al zullen die eer­ste­jaars­stu­dentes er waar­schijnlijk anders over denken.

Maar dat zal mijn kont verder com­pleet worst wezen (Pun not intended).

9 reacties

  1. Jozef schreef:

    Uw kont lijkt me alleszins wel een boei­ender leven te hebben dan sommige mensen rondom ons. Namen noemen laat ik aan u over.

  2. Yuri schreef:

    Mijn kont dankt u.
    Al zou ik niet weten wiens naam ik zou moeten noemen…

  3. Zezunja schreef:

    Mis­schien roept het buur­meisje niet je kat, maar je kont.

  4. Yuri schreef:

    Woe­hahaha!
    En wel­licht is zij omge­keerd pedofiel.

  5. jt schreef:

    Doet me precies wat denken aan al die priesters-leraars die zeer toe­vallig per abuis altijd hun gulp lieten open­staan. Ven­ti­altie leidt tot consternatie.

  6. Yuri schreef:

    Haha. Zo heb ik er inderdaad ook ooit eentje gekend. Maar gelukkig zitten er in de nach­te­lijke klas­lo­kalen van mijn huidige droom­wereld meer eer­ste­jaars­stu­dentes dan priester-leraars.

  7. bbeeeeee schreef:

    mijn kont stinkt ook dat wou ik ff kwijt

  8. ons moe schreef:

    oudere­pe­do­fielie, bestaat dat ook ,

  9. ons moe schreef:

    ik ben laatst las­tig­ge­vallen door een persoon ;weet iemand waar hij woont ik ben zo jong niet meer ‚en alles is welkom ‚of is dat seni­o­ren­fe­de­folie , tja dan moet het maar

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *