• Wannes Daemen

Twee meneertjes

Ik stond vandaag stiekem te kijken naar twee straat­poetsers. Van die meneertjes in een oranje kostuum die door het stads­be­stuur worden aan­ge­steld om de straten proper te houden. Ze rijden rond met een vuilbak op wieltjes, een borstel en zo’n lange tang om papiertjes op te rapen zonder zich te moeten bukken (fan­tas­tische uit­vinding doch dit terzijde).

Die twee meneertjes stonden te keu­velen op de hoek van de straat, zoals alleen dat soort meneertjes kunnen keu­velen. Vele mensen beginnen bij het zien van zo’n tafereel wel­licht onmid­dellijk te kan­keren over de luiheid van lang­durig werk­lozen en dat dat ver­domme ons belas­tingsgeld is, maar ik vind het prachtig. Ik ben blij dat mijn geld in dat soort the­a­trale charme gestoken wordt.

Zoals de strakke win­terzon als een groot zoek­licht op de fluo outfit van meneertje en meneertje viel, zo zie je ze enkel nog op de bühne van een oude stads­schouwburg. Ik hoorde niet wat ze zeiden, dus het leek wel pan­tomime. Puur theater. Ze deden niks. Ze stonden daar te keu­velen, meneertje één leunde op zijn borstel, en meneertje twee haalde de ene na de andere reclame-folder uit zijn vuilbak, en samen bla­derden ze door veel te dure en onnodige consumptie-dromen en andere fan­ta­sieën. Ze hadden dolle pret. Af en toe bewoog meneertje één zijn borstel heen en weer om wat bla­deren in de goot bijeen te harken, maar de wind was hem steeds te snel af. Ach wat, zag ik hem denken en hij leunde verder.

Ik hoop dat die meneertjes het goed met elkaar kunnen vinden. Ik zou het heerlijk vinden om samen met een goede vriend voor een dag zo’n meneertje te zijn. En te keu­velen in het zoeklicht.

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *